Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  muisje
Immortelle

Wel menigmaal sprak de melkboer
Des morgens tot haar meid:
'De stoep is nat.' Och, hij wist niet
Dat er 's nachts op die stoep was geschreid.

De stoep is nat. Veel geplens en gespat.
De stoep is nat. Ja, dat is me toch wat.
De stoep is nat. Niemand wist in de stad
Dat er 's nachts op die stoep was geschreid.

Nu, dat hij en de meid het niet wisten,
Dat was minder; - maar dat zij
Er hoegenaamd niets van vermoedde,
Dat was wel hard voor mij.

Alom klinkt het onsympathieke geroep:
Hè jakkes, bah, kijk eens, een kletsnatte stoep.
Daar komt de recherche met speurhond en loupe.
Dit is hoogstwaarschijnlijk het werk van een groep.

Dus de melkboer wordt gearresteerd.
De hele buurt wordt ondervraagd
En de meid zowat binnenstebuiten gekeerd
Waarover zij zich luid beklaagt.

'Angst in de straten en vocht voor de deur
Dat is een teken aan de wand.'
Zo schrijft onomwonden de hoofdredacteur
Van een dikke ochtendkrant.

De regeringschef vraagt op Nederland I
Om vertrouwen in zijn beleid,
Volmaakt onbewust van het fenomeen
Dat er 's nachts op die stoep was geschreid.

Nu, dat hij en de meid het niet wisten,
Dat was minder; - maar dat zij
Er hoegenaamd niets van vermoedde,
Dat was wel hard voor mij.

Boehoe. De stoep is nat.
Boehoe. De stoep is nat.
Boehoe. De stoep is nat.
Boehoe.

Drs. P
Bron: Ik ben geboren in Apeldoorn. Groot Parodieënboek.
Samenstelling: Rody Chamuleau en J.A. Dautzenberg
Nijgh & Van Ditmar Amsterdam 1994