Boek Piet Paaltjens                                   Piet Paaltjens  Dichter-dominee  1835 - 1894                             


Beginpagina

Jeugdjaren in Leeuwarden

Studententijd in Leiden

Predikant in Foudgum

Predikant in Den Helder

Predikant in Schiedam

Over Piet Paaltjens

Culinaire citaten

Gedichten over eten en drinken

Culinaire bloemlezing



Contact  

De graftombe van Anacreon

Stilte en mysterie, duister
Dat de glooiingen bedekt,
Teder maanlicht, zilverluister
Die langs wolkgevaarten lekt...
Daar kan men een graf ontwaren
Met een lier; zij sluimert zacht,
Maar soms kan haar dode snaren
Plots een huivering doorvaren,
Als een luie, lieve klacht.
Kijk, die drinkbeker, die bloemen
En dat duifje op de lier:
Zo liet hij zich zanger noemen,
Op een grafsteen van porfier -
Niemand kon de driften roemen,
Vrienden, als de dode hier!
Zie hem naar zijn spiegel bukken:
'Ook al ben ik oud en grauw,
Laten wij het leven plukken,
Want het gaat, helaas, zo gauw!'
Luister, hij begint te zingen,
Hij kijkt ernstig, bijna bars,
Maar hij kan zich niet bedwingen:
Hij prijst Venus, en niet Mars,
En gehoorzaamt op die wijze
De natuur - hij delgt zijn schult.
In een reidans rond de wijze,
Die verliefd de glazen vult,
Dansen meisjes - nog maar even,
Gierig immers is de tijd...
Door de Gratiën omgeven,
Door de Muzen begeleid
Toog hij naar zijn graf; zij strooiden
Er de rozen overheen
Die de wilde lokken tooiden
Der bacchantes...Hij verdween
Als genot dat wordt ontnomen,
Als een zoete liefdesdroom.
Ach, wij leven niet. maar dromen.
Hou jezelf toch niet in toom,
Sterveling, maar vul gedurig
De bokalen, laaf de geest,
Wees hartstochtelijk en vurig,
Vier, tot je geveld wordt, feest!



Alexander Poesjkin 1799 - 1837
Uit: Vroege lyriek 1813 - 1820
Papieren Tijger. Breda 2002
Vertaling: Hans Boland